Leerlingen in de bovenbouw van de havo en het vwo beleven het lezen uit vrije wil of plezier positiever dan het verplichte lezen voor school. Ze kunnen zich dan beter ontspannen, meer genieten van de spanning van het plot, intenser meeleven met de personages en een meer levendige voorstelling van het verhaal maken. Voor meisjes gaat dit sterker op dan voor jongens. Als het literatuuronderwijs probeert in te haken op deze positieve leeservaringen, bestaat de kans dat leerlingen de boeken die ze lezen voor school als even aangenaam ervaren (Schram, 2007).