icon home

Taalbeleid op het vmbo

Hoe hangt de vlag erbij op het gebied van taal en lezen in het vmbo? Daar is nog een wereld te winnen, denkt Kees Broekhof, consultant bij Advies- en onderzoeksbureau Sardes: ‘Ik hoop dat we over vijf jaar kunnen vieren dat alle vmbo-scholen een taalbeleid hebben ontwikkeld waarin vrij lezen prominent aanwezig is.

foto: Jorgen Koopmanschap

Vijftien jaar geleden werd het vmbo, voluit het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs, bedacht en ingevoerd door het kabinet-Kok. Deze innovatieve onderwijsvorm met vier leerwegen – uiteenlopend van sterk beroepsgericht tot meer theoretisch – zou de aansluiting op het mbo en de havo moeten gaan verbeteren. Tegenwoordig bezoekt vijftig procent van alle leerlingen in het voortgezet onderwijs het vmbo. Met wisselend succes. Het aantal zwakke vmbo-tl-opleidingen (de theore tische leerweg) is het afgelopen jaar gestegen, constateerde de onderwijsinspectie onlangs. Veel leerlingen, met name die in het beroepsonderwijs, kunnen niet goed genoeg lezen en schrijven, stromen af naar een lager niveau of verlaten school zonder diploma. 

Schaalvergroting

In opdracht van Kunst van Lezen voert Broekhof sinds 2011 de Monitor Bibliotheek op School uit, waarbij leesgedrag van leerlingen en leesbevorderend gedrag van leraren in kaart wordt gebracht. In de monitor voor het basisonderwijs zitten inmiddels zeventigduizend leerlingen, zevenduizend leerkrachten en zevenhonderd leesconsulenten, aantallen waar Maurice de Hond jaloers op zou zijn, denkt Broekhof. In 2013 startte een pilot bij 953 vmbo-leerlingen. Daaruit blijkt dat veel vmbo-leerlingen (zestig procent) lezen niet leuk vinden, ruim twintig procent van hen vindt het zelfs vervelend. Dat sluit aan bij de bevinding dat op het vmbo de taalbeheersing achterblijft bij leerlingen die andere vormen van onderwijs volgen. Broekhof: ‘De typische vmboleerling komt binnen met een taalbeheersing die onder het gemiddelde ligt. Op de basisschool heb je nog te maken met een gemêleerde groep. Veel kinderen vinden lezen leuk, sommige minder en een kleine groep leest niet of nauwelijks. Een groot deel van die laatste groep komt op het vmbo terecht. Dat is dus een schaalvergroting van problematiek.’

Effectieve maatregelen

Helaas slagen de meeste scholen er niet in om tijdens de opleiding het patroon van leesachterstand te doorbreken. ‘Aan de ene kant is het een moeilijke groep leerlingen,’ onderkent Broekhof. ‘Velen van hen lezen niet graag. Aan de andere kant biedt zo’n min of meer homogene groep ook kansen. Je kunt leerlingen als groep blootstellen aan dezelfde interventie. De oplossing is minder ingewikkeld dan vaak wordt gedacht: zorg dat ze lezen weer leuk gaan vinden. Met een structureel beleid rond vrij lezen en vrijetijdslezen valt er veel te verbeteren. Wie meer leest wordt beter in taal. Dit klinkt niet alleen logisch, het is ook echt zo. Meer lezen heeft een bewezen positief effect op woordenschat, spelling, grammatica, begrijpend lezen en schrijven. Het is een van de meest onderschatte effectieve maatregelen die scholen kunnen treffen om taalachterstand te bestrijden.’

Reisbureau

In de brochure Meer lezen, beter in taal – vmbo wordt uit de doeken gedaan hoe maatregelen als voorlezen en stillezen succesvol geïntegreerd kunnen worden in het vmbo-onderwijs. Broekhof: ‘Er is een breed pakket aan maatregelen mogelijk. Door vrij lezen structureel in te roosteren. Door te zorgen voor een goed uitgeruste mediatheek met een breed aanbod, waar ook tijdschriften, strips, kranten, en non-fictie deel van uitmaken. Door de openbare bibliotheek een rol te geven in het voeden van die mediatheek. Het gebeurt wel dat mediatheken worden bemand door ex-reisbureaumedewerkers! In de bibliotheek werken vaak de mensen die specialistischer zijn opgeleid. Het is ontzettend belangrijk dat die twee gaan samenwerken. Ook binnen de school moet er meer samenwerking zijn, bijvoorbeeld door lezen te bevorderen binnen de zaakvakken. Dat de mediathecaris meedenkt met de docent: hoe kan ik jouw les maatschappijleer meer inhoud geven?’

Leesplezier

Cruciaal is dat de schoolleiding achter het beleid gaat staan, weet Broekhof. ‘Als de directie het belang inziet van vrij lezen, het in het taalbeleid opneemt, is er hoop. Het repareren van achterstanden, bijvoorbeeld door steunlessen Nederlands, dat is de harde kant van het taalonderwijs. Daarnaast hebben we die andere lijn nodig: het stimuleren van vrij lezen en het bevorderen van leesplezier. Als dat wordt gefaciliteerd, als daarvoor ruimte wordt gemaakt in het beleid, is er kans van slagen. Je kunt daarvoor niet afhankelijk zijn van een of twee enthousiastelingen binnen een school, dan blijft het dweilen met de kraan open.’
Die tweede beleidslijn, gericht op het vergroten van het leesplezier, zou een plek moeten krijgen op iedere school. Broekhof: ‘Door leerlingen te stimuleren op zoek te gaan naar wat ze zelf leuk vinden om te lezen, wordt de taalontwikkeling in de volledige breedte ontwikkeld. Dan krijg je als leerling de gelegenheid taalvaardigheden integraal te oefenen. Terwijl je iets doet wat je leuk vindt, gebeurt er van alles wat goed voor je is.’

Taalbeleid

In de praktijk wordt het belang van leesbeleid helaas vaak nog ernstig onderschat. Broekhof: ‘De onderwijsinspectie heeft geconstateerd dat de meeste vmbo-scholen niet eens een taalbeleid hebben. Dat is toch onbegrijpelijk? Dit zijn juist de leerlingen die te kampen hebben met taalproblemen, problemen in woordenschat, in begrijpend lezen en dan tref je daar geen maatregelen voor. Wij hopen met Kunst van Lezen om mensen te doordringen van de noodzaak en het belang van een uitgebreid taalbeleid.’ Voor veel openbare bibliotheken staat dit punt hoog op de agenda, weet Broekhof. ‘De stap is nu aan de scholen om aan te sluiten. De eerste succesverhalen zijn al binnen. Vmbo-scholen die een uur per week vrij lezen integreren in hun lesrooster, zien de taalprestaties stijgen. Ik ben erg optimistisch over de resultaten.’ 

De brochure Meer lezen, beter in taal – vmbo. Effecten van lezen op taalontwikkeling, in opdracht van Kunst van Lezen geschreven door Kees Broekhof, is gratis te downloaden.

Expertmeeting Lezen in het vmbo

Afgelopen voorjaar organiseerden Stichting Lezen en het Instituut voor Taalonderzoek en Taalonderwijs (itta) de expertmeeting ‘Lezen in het vmbo’ waar werd besproken hoe leraren, (school)bibliotheekmedewerkers, opleiders en onderzoekers beter samen kunnen werken aan goed leesonderwijs. PvdA-Kamerlid Tanja Jadnanansing kon niet live aanwezig zijn, maar hield vanaf het scherm een vurig pleidooi voor meer leestijd in het vmbo. De politica geeft elke vrijdag les op een vmbo-school en hoort dan leerlingen zeggen dat ze op school niet genoeg tijd krijgen voor lezen. ‘Ook docenten lijken het belangrijk te vinden. De vraag is dus waarom het te weinig gebeurt.’ Jadnanansing nodigde alle aanwezigen uit om haar vooral te laten weten wat er nodig is om goed leesonderwijs in het vmbo mogelijk te maken. ‘Ik kan niet beloven alles uit te voeren, maar laat mij uw ambassadeur zijn. Als jongeren zeggen “mogen we er meer van”, dan moeten wij ervoor gaan.’ Het complete verslag van deze expertmeeting, geschreven door Bea Ros, is hier te vinden.

Laat vmbo’ers lezen!

Op 10 november start het unieke project Stap op de Rode Loper! met een evenement in het Amsterdamse Science Center Nemo. Het wordt een dynamische dag met populaire schrijvers en verhalenvertellers, rap en poëzie, workshops en film. Het project maakt vmbo-leerlingen van de bovenbouw enthousiast voor lezen. Meer informatie: Stichting Samenleving en Kunst Amsterdam, info@stapopderodeloper.nl.

Eerder verschenen in Tijdschrift Lezen, auteur: Annemarie Terhel

Trefwoorden