Notitie op basis van bijeenkomsten en gesprekken met experts over lezen en geletterdheid in het vmbo.
Uit inspectierapporten blijkt dat middelbare scholieren over het algemeen niet slecht presteren. Toch kent het voortgezet onderwijs een relatief hoog percentage zwakke scholen. Het aantal zwakke vmbo-tl-opleidingen is het afgelopen jaar gestegen. Veel leerlingen, met name die in het beroepsonderwijs, kunnen niet goed genoeg lezen en schrijven, stromen af naar een lager niveau of verlaten school zonder diploma. Onderzoek wijst uit dat kinderen met een zwakke leesvaardigheid en leesattitude een hoge kans hebben om uit te vallen en het onderwijs te verlaten zonder een startkwalificatie (Prater, 2006, Stoop e.a., in voorbereiding). Dat kan en moet – ook volgens de overheid – beter.
Een goede taalvaardigheid is een kerncompetentie om in een geletterde samenleving te kunnen functioneren. Verschillende goede initiatieven dragen al bij aan de verbetering van het taal- en leesonderwijs op scholen, maar een structurele en brede aanpak, waarin overheid, scholen, beleidsinstellingen, opleidingen en bibliotheken de handen ineenslaan, is noodzakelijk. Om ervoor te zorgen dat elke leerling taal- en leesvaardig is, moeten betrokken partijen samenwerken en zorg dragen voor onderwijs waarin een geïntegreerd taal-, lees- en leesbevorderingsbeleid de sleutel is.
Stichting Lezen en ITTA hebben het afgelopen jaar verschillende expertmeetingen georganiseerd om kennis, ervaringen en inzichten te delen over lezen en geletterdheid in het vmbo. Daarbij is steeds het perspectief van leesbevordering en leesvaardigheid gecombineerd. De bevindingen van de bijeenkomsten en de gesprekken met de afzonderlijke experts hebben geleid tot de inzichten die in dit document zijn vervat. We schetsen de vastgestelde problemen en dragen mogelijke oplossingen aan.